Maar het allerergste is dat dit mantra de beschuldiging "U spreekt welbewust onwaarheid" verdoezelt.
De drogreden
Er is sprake van een in alle geledingen herhaalde drogreden. Wat is dat, een drogreden? Een drogreden is een oneerlijke, onfatsoenlijke discussiemethode, een redenering waarvan je voelt dat hij niet klopt, maar waarvoor je van goeden huize moet komen om er iets tegen in te kunnen brengen.
De stropop
In ons geval gaat het om de stropop-drogreden: Stel in een debat neemt u een standpunt in. Maar uw tegenstander (de "drogredenaar") verdraait uw standpunt en legt u een karikatuur ervan in de mond die in die vorm niet verdedigbaar is. In een reflex blijft u echter in de verdediging, en voor u het weet bent u een standpunt aan het verdedigen dat uw standpunt niet is. De stropop-drogreden is een booraardige manier om een spraakverwarring in te leiden.
Wie het doorheeft laat het zover niet komen en zal zeggen: "Dat heeft u mij niet horen zeggen!" Maar daarmee bent u al in de verdediging gedwongen en de drogredenaar houdt verder zijn mond - of niet... De drogredenaar gaat niet meer in op uw tegenwerping maar palavert verder over de met zijn valse antwoord ingeslagen dwaalweg.
De dialectiek
De stropop-redenering verloopt, schematisch weergegeven, als volgt:
Stap 1: De ouders protesteerden tegen een onware, verzonnen en onbewezen beschuldiging. Zij eisen: "Stop met die onwaarheden".
Stap 2: De Jeugdzorgwerker zegt niet: "Wij mogen misleiden", maar: "Wij doen niet aan waarheidsvinding; het gaat om ons oordeel, onze mening".
Stap 3: De ouders zijn verbijsterd en sprakeloos (en gaan op cliëntenfora klagen over het niet aan waarheidsvinding doen door Jeugdzorg).
Deze beschouwing legt de essentie bloot van de ontsporing van het waarheidsvinding-debat: het gaat niet meer over onwaarheden van Jeugdzorg, maar over de vage norm van art. 255 BW boek 1.
Trojaans paard
Tot zover de stropopredenering op zichzelf. Maar er is nog meer mis! Zie stap 3: Op cliëntenfora en in de media klagen de ouders over onwaarheden(1) en eisen zij dat Jeugdzorg aan waarheidsvinding gaat doen (2). Daarmee halen de ouders zelf de stropop "waarheidsvinding" als een Trojaans paard binnen hun eigen kring en in het openbare debat. Het gaat niet meer over liegende kinderbeschermers maar over de vage rechtsnorm en de vrome getuigenissen hoe zij allemaal hun best doen om daarmee zo goed mogelijk om te gaan.
Viraal!
Inmiddels wordt er veel geschreven over "waarheidsvinding" en over de problematiek van de vage rechtsnorm. En alle auteurs beginnen uitdrukkelijk met te zeggen dat het hun gaat om de klachten van ouders over de vele onwaarheden in de rapporten en het niet toetsen van de gestelde feiten door de kinderrechter. Maar zij eindigen ermee dat de jeugdzorgwerkers en kinderrechters nog beter hun best moeten doen voor de waarheidsvinding.
Het WDNAW-mantra is een drogreden met het woord "waarheidsvinding" als stropop. De stropop heeft zich als een giftig virus genesteld in het publieke debat.
De eerste fase van het viraal gaan bestond uit het verbreiden door de ouders van het mantra in eigen kring. De volgende fase brak aan toen de media het woord overnamen bij hun kritische beschouwingen over Jeugdzorg. De media lieten zich beet nemen en vroegen niet door over de aanleiding: de vele onwaarheden in de rapporten.
Tenslotte waren het de publicaties in de juridische en bestuurlijke literatuur waarin en passant wel over de klachten van de ouders werd geschreven, "maar ja, waarheidsvinding is nu eenmaal een lastig probleem", zo is de teneur van die vakpublicaties.
Wat lastig is, is weerstand te bieden aan de verleiding om te liegen over de feiten!
De spindoctors
Hebben de spindoctors van Kinderbescherming en Jeugdzorg hun doel bereikt?
Iedereen, kinderrechter, Kinderombudsman, minister, kamerlid, professor, onderzoeker, kinderbeschermer, iedereen die vergeet dat de spindoctors van Jeugdzorg en Kinderbescherming de stropop "waarheidsvinding" hebben gelanceerd, iedereen die niet door heeft hoe de stropop viraal is gegaan, iedereen die dat niet beseft bedrijft luchtfietserij. Luchtfietserij die van oorsprong bedoeld is om te misleiden en het debat over het bewust misleiden door Jeugdzorg en Kinderbescherming te doen ontsporen.
Toch gloort er hoop: zie hierna.
Kroniek
De stropop "waarheidsvinding" lijkt niet meer uit te bannen uit het publieke debat. Hoewel publicaties vanuit het kamp Jeugdzorg er alles aan doen om het debat op een dwaalspoor van het vage-normen-probleem te zetten zijn er gelukkig uit het andere kamp auteurs die het debat nadrukkelijk terug voeren naar "stop de onwaarheden". Er is, met andere woorden, een strijd ontbrand tussen het "vage-normen-kamp" en het "stop-onwaarheden-kamp".
Maart 2011 - Casus in NRC Opiniepagina
Een casus werd besproken op de opiniepagina van NRC Handelsblad onder de titel "Of beschuldiging waar is, doet er bij kinderrechter niet toe". In het artikel werd een pleidooi gehouden voor het instellen van een Waarheidskamer voor kinderrechters, vergelijkbaar met een Wrakingskamer. De kinderrechter fungeert immers als de hoge Staatsmacht die de verantwoordelijkheid draagt voor de onafhankelijke jeugdrechtspraak en de goede procesorde waarin voor onwaarheden geen plaats hoort te zijn.
Augustus 2011 - Nationale Ombudsman Brenninkmeijer en Van Zanten in "Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht (FJR)"
In een artikel "Waarheidsvinding: van groot belang in de jeugdbescherming" vatten de auteurs het Opiniestuk nog eens uitvoerig samen en scharen zij zich expliciet achter de inhoud ervan. "Deze mening van de heer Prinsen lijkt kritisch te zijn ontvangen in de jeugdzorgwereld." "Volgens ons wordt waarheidsvinding in de benadering van onder andere Slot en Quik-Schuijt te zwaar opgevat en wordt daarmee het doen van waarheidsvinding als een te grote, en daarmee onuitvoerbare, opgave gezien, anders dan het volgens ons zou moeten zijn. Wij kunnen ons meer vinden in de zienswijze van Prinsen."
April 2013 - Erik Gerritsen - "Waarheidsvinding" in "Binnenlands Bestuur"
Erik Gerritsen, tot 2015 bestuursvoorzitter van Bureau Jeugdzorg Agglomeratie Amsterdam en een productieve spindoctor van de jeugdzorgwereld, meent in dit artikel: "Ik constateer dat het debat met betrekking tot het thema waarheidsvinding top op heden weinig productief is." Hij licht dit toe met een aantal argumenten die het WDNAW-mantra zouden moeten ondersteunen. Het voert te ver om hierop nu in te gaan maar gezegd moet worden dat Gerritsen zich in dit artikel (en vele andere) manifesteert als de spindoctor van Jeugdzorg bij uitstek.
Oktober 2013 - Van der Burg (VVD) en Bergkamp (D66), Tweede Kamer ; Amendement waarheidsvinding
Tijdens de behandeling van het toenmalige wetsontwerp Jeugdwet hebben de Tweede Kamerleden Van der Burg en Bergkamp een amendement ingediend, luidende: "De raad voor de kinderbescherming en de gecertificeerde instelling zijn verplicht in rapportages of verzoekschriften de van belang zijnde feiten volledig en naar waarheid aan te voeren." In de toelichting schreven zij: "De verplichting die uit dit amendement volgt houdt in dat de Raad voor de Kinderbescherming en de gecertificeerde instellingen die de maatregelen uitvoeren zich moeten richten op het verzamelen van feiten, gebeurtenissen en omstandigheden die objectiveerbaar zijn. Dit geldt voor rapportages maar ook voor de verzoekschriften (waaraan de rapportages vaak ten grondslag liggen) aan de kinderrechter (bijv. verzoek machtiging tot uithuisplaatsing of verzoek ondertoezichtstelling). Op basis van dit amendement dient de besluitvorming in de rapportage te zijn onderbouwd, waarbij feiten, visies van betrokkenen en de interpretaties van de Raad of gecertificeerde instelling duidelijk zijn gescheiden."
Dit is klare taal. Alhoewel het amendement zich niet uitspreekt over wat er moet gebeuren als er in de casuïstiek in strijd met dit artikel wordt gehandeld blijkt de wettelijke verankering van de waarheidsplicht van groot belang te zijn in de strijd die ontbrand is tussen het "vage-normen-kamp" (Jeugdzorg) en het "stop-onwaarheden-kamp" (ouders gesteund door deze politici).
December 2013 - Nationale Kinderombudsman Marc Dullaert - rapport "Is de zorg gegrond".
Dullaert: "Veel klachten die door ouders worden ingediend bij jeugdzorg-klachtinstanties, bij de Kinderombudsman of bij de Nationale ombudsman gaan over de stelling dat BJZ, AMK of de Raad niet aan waarheidsvinding zouden doen".
In zijn conclusies neemt de Kinderombudsman het op voor de jeugdzorgprofessionals die zulk complexe werk moeten doen en die moeten werken met een vaak complexe doelgroep ouders.
De voor de hand liggende vraag wat de complexiteit van het werk te maken heeft met het "stoppen met liegen" wordt niet beantwoord.
20 november 2015 - Algemeen Overleg T.K.-Commissie
De Kamerleden Van der Burg (VVD) en Bergkamp (D66) trekken van leer tegen minister Van der Steur over het ontbreken van een urgentiebesef bij het bestrijden van de cultuur van misleiding en het niet corrigeren van onwaarheden in de rapportages aan de kinderrechters.
Augustus 2011 - Nationale Ombudsman Brenninkmeijer en Van Zanten in "Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht (FJR)"
In een artikel "Waarheidsvinding: van groot belang in de jeugdbescherming" vatten de auteurs het Opiniestuk nog eens uitvoerig samen en scharen zij zich expliciet achter de inhoud ervan. "Deze mening van de heer Prinsen lijkt kritisch te zijn ontvangen in de jeugdzorgwereld." "Volgens ons wordt waarheidsvinding in de benadering van onder andere Slot en Quik-Schuijt te zwaar opgevat en wordt daarmee het doen van waarheidsvinding als een te grote, en daarmee onuitvoerbare, opgave gezien, anders dan het volgens ons zou moeten zijn. Wij kunnen ons meer vinden in de zienswijze van Prinsen."
April 2013 - Erik Gerritsen - "Waarheidsvinding" in "Binnenlands Bestuur"
Erik Gerritsen, tot 2015 bestuursvoorzitter van Bureau Jeugdzorg Agglomeratie Amsterdam en een productieve spindoctor van de jeugdzorgwereld, meent in dit artikel: "Ik constateer dat het debat met betrekking tot het thema waarheidsvinding top op heden weinig productief is." Hij licht dit toe met een aantal argumenten die het WDNAW-mantra zouden moeten ondersteunen. Het voert te ver om hierop nu in te gaan maar gezegd moet worden dat Gerritsen zich in dit artikel (en vele andere) manifesteert als de spindoctor van Jeugdzorg bij uitstek.
Oktober 2013 - Van der Burg (VVD) en Bergkamp (D66), Tweede Kamer ; Amendement waarheidsvinding
Tijdens de behandeling van het toenmalige wetsontwerp Jeugdwet hebben de Tweede Kamerleden Van der Burg en Bergkamp een amendement ingediend, luidende: "De raad voor de kinderbescherming en de gecertificeerde instelling zijn verplicht in rapportages of verzoekschriften de van belang zijnde feiten volledig en naar waarheid aan te voeren." In de toelichting schreven zij: "De verplichting die uit dit amendement volgt houdt in dat de Raad voor de Kinderbescherming en de gecertificeerde instellingen die de maatregelen uitvoeren zich moeten richten op het verzamelen van feiten, gebeurtenissen en omstandigheden die objectiveerbaar zijn. Dit geldt voor rapportages maar ook voor de verzoekschriften (waaraan de rapportages vaak ten grondslag liggen) aan de kinderrechter (bijv. verzoek machtiging tot uithuisplaatsing of verzoek ondertoezichtstelling). Op basis van dit amendement dient de besluitvorming in de rapportage te zijn onderbouwd, waarbij feiten, visies van betrokkenen en de interpretaties van de Raad of gecertificeerde instelling duidelijk zijn gescheiden."
Dit is klare taal. Alhoewel het amendement zich niet uitspreekt over wat er moet gebeuren als er in de casuïstiek in strijd met dit artikel wordt gehandeld blijkt de wettelijke verankering van de waarheidsplicht van groot belang te zijn in de strijd die ontbrand is tussen het "vage-normen-kamp" (Jeugdzorg) en het "stop-onwaarheden-kamp" (ouders gesteund door deze politici).
December 2013 - Nationale Kinderombudsman Marc Dullaert - rapport "Is de zorg gegrond".
Dullaert: "Veel klachten die door ouders worden ingediend bij jeugdzorg-klachtinstanties, bij de Kinderombudsman of bij de Nationale ombudsman gaan over de stelling dat BJZ, AMK of de Raad niet aan waarheidsvinding zouden doen".
In zijn conclusies neemt de Kinderombudsman het op voor de jeugdzorgprofessionals die zulk complexe werk moeten doen en die moeten werken met een vaak complexe doelgroep ouders.
De voor de hand liggende vraag wat de complexiteit van het werk te maken heeft met het "stoppen met liegen" wordt niet beantwoord.
20 november 2015 - Algemeen Overleg T.K.-Commissie
De Kamerleden Van der Burg (VVD) en Bergkamp (D66) trekken van leer tegen minister Van der Steur over het ontbreken van een urgentiebesef bij het bestrijden van de cultuur van misleiding en het niet corrigeren van onwaarheden in de rapportages aan de kinderrechters.
Augustus 2011 - Nationale Ombudsman Brenninkmeijer en Van Zanten in "Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht (FJR)"
In een artikel "Waarheidsvinding: van groot belang in de jeugdbescherming" vatten de auteurs het Opiniestuk nog eens uitvoerig samen en scharen zij zich expliciet achter de inhoud ervan. "Deze mening van de heer Prinsen lijkt kritisch te zijn ontvangen in de jeugdzorgwereld." "Volgens ons wordt waarheidsvinding in de benadering van onder andere Slot en Quik-Schuijt te zwaar opgevat en wordt daarmee het doen van waarheidsvinding als een te grote, en daarmee onuitvoerbare, opgave gezien, anders dan het volgens ons zou moeten zijn. Wij kunnen ons meer vinden in de zienswijze van Prinsen."
April 2013 - Erik Gerritsen - "Waarheidsvinding" in "Binnenlands Bestuur"
Erik Gerritsen, tot 2015 bestuursvoorzitter van Bureau Jeugdzorg Agglomeratie Amsterdam en een productieve spindoctor van de jeugdzorgwereld, meent in dit artikel: "Ik constateer dat het debat met betrekking tot het thema waarheidsvinding top op heden weinig productief is." Hij licht dit toe met een aantal argumenten die het WDNAW-mantra zouden moeten ondersteunen. Het voert te ver om hierop nu in te gaan maar gezegd moet worden dat Gerritsen zich in dit artikel (en vele andere) manifesteert als de spindoctor van Jeugdzorg bij uitstek.
Oktober 2013 - Van der Burg (VVD) en Bergkamp (D66), Tweede Kamer ; Amendement waarheidsvinding
Tijdens de behandeling van het toenmalige wetsontwerp Jeugdwet hebben de Tweede Kamerleden Van der Burg en Bergkamp een amendement ingediend, luidende: "De raad voor de kinderbescherming en de gecertificeerde instelling zijn verplicht in rapportages of verzoekschriften de van belang zijnde feiten volledig en naar waarheid aan te voeren." In de toelichting schreven zij: "De verplichting die uit dit amendement volgt houdt in dat de Raad voor de Kinderbescherming en de gecertificeerde instellingen die de maatregelen uitvoeren zich moeten richten op het verzamelen van feiten, gebeurtenissen en omstandigheden die objectiveerbaar zijn. Dit geldt voor rapportages maar ook voor de verzoekschriften (waaraan de rapportages vaak ten grondslag liggen) aan de kinderrechter (bijv. verzoek machtiging tot uithuisplaatsing of verzoek ondertoezichtstelling). Op basis van dit amendement dient de besluitvorming in de rapportage te zijn onderbouwd, waarbij feiten, visies van betrokkenen en de interpretaties van de Raad of gecertificeerde instelling duidelijk zijn gescheiden."
Dit is klare taal. Alhoewel het amendement zich niet uitspreekt over wat er moet gebeuren als er in de casuïstiek in strijd met dit artikel wordt gehandeld blijkt de wettelijke verankering van de waarheidsplicht van groot belang te zijn in de strijd die ontbrand is tussen het "vage-normen-kamp" (Jeugdzorg) en het "stop-onwaarheden-kamp" (ouders gesteund door deze politici).
December 2013 - Nationale Kinderombudsman Marc Dullaert - rapport "Is de zorg gegrond".
Dullaert: "Veel klachten die door ouders worden ingediend bij jeugdzorg-klachtinstanties, bij de Kinderombudsman of bij de Nationale ombudsman gaan over de stelling dat BJZ, AMK of de Raad niet aan waarheidsvinding zouden doen".
In zijn conclusies neemt de Kinderombudsman het op voor de jeugdzorgprofessionals die zulk complexe werk moeten doen en die moeten werken met een vaak complexe doelgroep ouders.
De voor de hand liggende vraag wat de complexiteit van het werk te maken heeft met het "stoppen met liegen" wordt niet beantwoord.
20 november 2015 - Algemeen Overleg T.K.-Commissie
De Kamerleden Van der Burg (VVD) en Bergkamp (D66) trekken van leer tegen minister Van der Steur over het ontbreken van een urgentiebesef bij het bestrijden van de cultuur van misleiding en het niet corrigeren van onwaarheden in de rapportages aan de kinderrechters.
Augustus 2011 - Nationale Ombudsman Brenninkmeijer en Van Zanten in "Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht (FJR)"
In een artikel "Waarheidsvinding: van groot belang in de jeugdbescherming" vatten de auteurs het Opiniestuk nog eens uitvoerig samen en scharen zij zich expliciet achter de inhoud ervan. "Deze mening van de heer Prinsen lijkt kritisch te zijn ontvangen in de jeugdzorgwereld." "Volgens ons wordt waarheidsvinding in de benadering van onder andere Slot en Quik-Schuijt te zwaar opgevat en wordt daarmee het doen van waarheidsvinding als een te grote, en daarmee onuitvoerbare, opgave gezien, anders dan het volgens ons zou moeten zijn. Wij kunnen ons meer vinden in de zienswijze van Prinsen."
April 2013 - Erik Gerritsen - "Waarheidsvinding" in "Binnenlands Bestuur"
Erik Gerritsen, tot 2015 bestuursvoorzitter van Bureau Jeugdzorg Agglomeratie Amsterdam en een productieve spindoctor van de jeugdzorgwereld, meent in dit artikel: "Ik constateer dat het debat met betrekking tot het thema waarheidsvinding top op heden weinig productief is." Hij licht dit toe met een aantal argumenten die het WDNAW-mantra zouden moeten ondersteunen. Het voert te ver om hierop nu in te gaan maar gezegd moet worden dat Gerritsen zich in dit artikel (en vele andere) manifesteert als de spindoctor van Jeugdzorg bij uitstek.
Oktober 2013 - Van der Burg (VVD) en Bergkamp (D66), Tweede Kamer ; Amendement waarheidsvinding
Tijdens de behandeling van het toenmalige wetsontwerp Jeugdwet hebben de Tweede Kamerleden Van der Burg en Bergkamp een amendement ingediend, luidende: "De raad voor de kinderbescherming en de gecertificeerde instelling zijn verplicht in rapportages of verzoekschriften de van belang zijnde feiten volledig en naar waarheid aan te voeren." In de toelichting schreven zij: "De verplichting die uit dit amendement volgt houdt in dat de Raad voor de Kinderbescherming en de gecertificeerde instellingen die de maatregelen uitvoeren zich moeten richten op het verzamelen van feiten, gebeurtenissen en omstandigheden die objectiveerbaar zijn. Dit geldt voor rapportages maar ook voor de verzoekschriften (waaraan de rapportages vaak ten grondslag liggen) aan de kinderrechter (bijv. verzoek machtiging tot uithuisplaatsing of verzoek ondertoezichtstelling). Op basis van dit amendement dient de besluitvorming in de rapportage te zijn onderbouwd, waarbij feiten, visies van betrokkenen en de interpretaties van de Raad of gecertificeerde instelling duidelijk zijn gescheiden."
Dit is klare taal. Alhoewel het amendement zich niet uitspreekt over wat er moet gebeuren als er in de casuïstiek in strijd met dit artikel wordt gehandeld blijkt de wettelijke verankering van de waarheidsplicht van groot belang te zijn in de strijd die ontbrand is tussen het "vage-normen-kamp" (Jeugdzorg) en het "stop-onwaarheden-kamp" (ouders gesteund door deze politici).
December 2013 - Nationale Kinderombudsman Marc Dullaert - rapport "Is de zorg gegrond".
Dullaert: "Veel klachten die door ouders worden ingediend bij jeugdzorg-klachtinstanties, bij de Kinderombudsman of bij de Nationale ombudsman gaan over de stelling dat BJZ, AMK of de Raad niet aan waarheidsvinding zouden doen".