OTS niet verlengd: contraproductief

Jurisprudentie i.v.m. ondertoezichtstelling >>

De kinderen zijn geboren in 2004 en 2007

Uit de overgelegde stukken en het verhandelde tijdens de mondelinge behandeling is gebleken dat er sprake is van een ernstig loyaliteitsconflict bij de kinderen en dat de kinderen klem zitten tussen de ouders. De kinderen worden daardoor nog steeds ernstig in hun ontwikkeling bedreigd. [minderjarige 1] heeft sinds 2016 geen contact met de vader en sinds begin 2019 heeft er ook geen omgang meer plaatsgevonden tussen [minderjarige 2] en de vader. Het beeld dat de kinderen van hun vader hebben lijkt steeds negatiever te worden. De kinderen hebben in de gesprekken die zij afzonderlijk van elkaar met het hof hebben gevoerd aangegeven niets meer met de vader te maken te willen hebben. Zelfs voor het voorstel van de vader om - al dan niet in het bijzijn van een vertrouwenspersoon - een afsluitend gesprek met de vader te voeren, staan zij niet open.

3.9.4.

Doordat de kinderen al een langere periode geen contact hebben gehad met de vader, is zeker niet denkbeeldig dat zij een eigen lezing hebben gekregen of krijgen van de gebeurtenissen die zich in het verleden hebben afgespeeld zodat zij niet meer in staat zijn het negatieve beeld dat zij van de vader hebben zelfstandig bij te stellen. Dit negatieve beeld kan op de lange termijn schadelijk zijn voor de ontwikkeling van de kinderen en leiden tot identiteitsproblemen. Het hof heeft sterk de indruk, welke indruk versterkt is door het zien en horen van de kinderen bij het hof, dat de kinderen de afgelopen jaren geen ruimte hebben gehad om een eerlijk beeld te vormen van de vader en dat zij daarom niet vrij zijn om te vertellen wat ze daadwerkelijk willen ten aanzien van contact met de vader. De moeder is naar haar eigen zeggen niet in staat om de kinderen te motiveren contact te hebben met de vader. Zij voert aan dat de kinderen van haar niet accepteren dat ze naar de vader toe moeten gaan. Het hof is van oordeel dat er bij de moeder meer inzicht moet komen over hoe schadelijk opgroeien met een negatief vaderbeeld kan zijn voor de ontwikkeling van de kinderen en welke invloed haar rol in het geheel in deze situatie is geweest en nog is. In dat kader zou zij zich ook tot de hulpverlening moeten wenden om te leren omgaan met deze houding van de kinderen.

3.9.5.

Hoewel het hof zich grote zorgen maakt over het loyaliteitsconflict waar de kinderen in zitten en wat dit betekent voor hun ontwikkeling, is het hof van oordeel dat de GI niet in staat is om verder aan de ontwikkelingsbedreiging te werken en haar wettelijke taak zoals neergelegd in artikel 1:262 BW uit te voeren. Gelet op de uitspraak van de GI dat een voortzetting van de ondertoezichtstelling geen zin zal hebben, in combinatie met de leeftijd van de kinderen en het feit dat zij hebben aangegeven hulpverleningsmoe te zijn en op dit moment rust te willen, is het hof van oordeel dat een verlenging van de ondertoezichtstelling contraproductief zal werken.
Het hof concludeert uit het voorgaande dat het verzoek van de GI tot verlenging van de ondertoezichtstelling alsnog dient te worden afgewezen.

3.9.6.

Ten overvloede geeft het hof de ouders mee dat zij in het bijzijn van hun advocaten een afsluitend gesprek met elkaar kunnen voeren, om zo een signaal aan de kinderen te geven dat problemen met elkaar besproken kunnen worden


Ga terug