Kinderrechter vindt UHP nu niet nodig

Jurisprudentie i.v.m. uithuisplaatsing >>

De beoordeling

5.1.

De kinderrechter zal het verzoek van de GI afwijzen, omdat een verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing op dit moment niet noodzakelijk is. De kinderrechter begrijpt dat de GI zorgen heeft over de “relatiegeschiedenis” tussen de ouders en dat de GI wil voorkomen dat de kinderen opnieuw geconfronteerd worden met geweld tussen hun ouders. De kinderrechter heeft er echter vertrouwen in dat de moeder zich aan de veiligheidsafspraken houdt en de hulpverlening blijft accepteren. Zij heeft de afgelopen periode laten zien dat dit haar lukt. Mochten de kinderen opnieuw in een onveilige situatie terecht komen, dan kan de GI een nieuw verzoek doen bij de kinderrechter om de kinderen uit huis te mogen plaatsen, maar voor nu vertrouwt de kinderrechter er op dat de moeder de rust en veiligheid van de kinderen voorop blijft stellen.


Ga terug