Reactie van Inspectie d.d. 18 november 2022 op KOG-brief d.d. 8 februari

18 november 2022

Betreft Brieven rondom perspectiefbesluit en dossiervoering >

 Retouradres Postbus 2518 6401 DA Heerlen

Stichting KOG Landelijke Organisatie Kinderen – Ouders – Grootouders
t.a.v. mevrouw T.P. Barendse-Cornelissen
 Koninginneweg 90
2012 GR Haarlem

Pagina 1 van 2
Bezoekadres: Stadsplateau 1 3521 AZ Utrecht T 088 120 5000 www.igj.nl Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd Inspectie Justitie en Veiligheid Commissie Meldingen Jeugd

Geachte mevrouw Barendse-Cornelissen, Stichting KOG,

Op 19 oktober 2022 heeft u als secretaris namens Stichting Landelijke Organisatie Kinderen – Ouders – Grootouders (hierna: Stichting KOG) telefonisch contact gehad met het Landelijk Meldpunt Zorg van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (hierna: inspectie).
In dit gesprek bleek dat u drie brieven heeft verstuurd naar de inspectie, die onverhoopt niet bij de inspectie zijn aangekomen. We bieden u nogmaals onze excuses aan voor deze administratieve fout.

In uw brieven vraagt u naar de mening van de inspectie over het perspectiefbesluit/opvoedbesluit van Gecertificeerde Instellingen. Ook stelt u vragen over het maken van interne notities door Gecertificeerde Instellingen.
De inspectie verwacht dat de professional het gezin informeert over de stappen in het hulpverleningsproces. Waar mogelijk bepaalt de professional met de jeugdige en ouders de doelen en neemt gezamenlijk beslissingen. De inspectie verwacht daarbij dat het belang van de jeugdige leidend is bij het bepalen van doelen en het nemen van beslissingen. Indien de professional een keuze maakt die afwijkt van de visie van ouders of jeugdige verwacht de inspectie dat hij dit uitlegt.

U heeft in telefonisch contact aanvullend toegelicht dat het u – los van het perspectiefbesluit – ook gaat om het bewust achterhouden van informatie voor betrokkenen. Bijvoorbeeld als ouders geen inzage krijgen in dit deel van hun dossier terwijl ze hier wel om gevraagd hebben. Wanneer een ouder geen inzage krijgt in (delen van) het dossier dan kan de ouder hierover een klacht indienen bij de klachtencommissie van de uitvoerende instelling. Als de klachtencommissie uitspraak doet is de instelling verplicht toe te lichten wat zij met de uitspraak van de klachtencommissie doet. Wanneer u van mening bent dat de instelling onvoldoende doet met de uitspraak van de klachtencommissie, dan kunt u hierover een melding doen bij de inspectie.

Commissie Meldingen Jeugd Pagina 2 van 2

Ik hoop dat ik u met deze brief voldoende heb geïnformeerd. Heeft u in de toekomst vragen of klachten over de kwaliteit van zorg of jeugdhulp? Dan kunt u terecht bij Het Landelijk Meldpunt Zorg (LMZ). Het LMZ geeft advies en informatie bij klachten over de kwaliteit van zorg of jeugdhulp.
U kunt het LMZ bellen (088 – 120 50 05), een contactformulier invullen via de website (www.igj.nl), of een brief sturen.

Hoogachtend,


Senior inspecteur Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd





 

Haarlem, 13 december 2022


Geachte Mevrouw,

Uw antwoord op onze vraag van 8 februari hebben wij in goede orde ontvangen op 18 november.

Wij begrijpen uw brief zo, dat u volstaat met de mededeling dat ouders kunnen klagen over het ontbreken in het dossier van het perspectiefbesluit.  
Ik wijs u erop dat een klachtenprocedure maanden duurt. Voordat de klachtencommissie uitspraak heeft gedaan kan de kinderrechter al besloten hebben een kind niet terug te plaatsen terwijl de ouders nog in de veronderstelling verkeerden dat het kind weer thuis zou komen. Ouders hebben de argumenten van JZ dan niet op tijd kunnen weerleggen. En u weet zelf ook dat de dossiers vaak niet op orde zijn; de informatie is vaak onjuist of verouderd. Dit heeft voor gezinnen dramatische gevolgen.
De klachtenprocedure is een middel om te proberen structurele verbetering te bewerkstelligen, maar biedt geen rechtsbescherming aan ouders en hun kinderen.

Het is bovendien lastig klagen over het ontbreken van een document wanneer men niet weet dat dit document bestaat!
Wij zouden graag nog een bericht van u ontvangen, waarin u laat weten dat u met ons van mening bent dat er niet zoiets bestaat als een intern document. Dit is ook besproken tijdens het tweede telefoongesprek van mevrouw Alice Jansen, voorzitter van KOG, met een van uw medewerkers: dossiers behoren alle documenten te bevatten die ter inzage zijn geweest voor anderen dan de schrijver.


Met vriendelijke groet,



T.P. Barendse-Cornelissen, secretaris